Het werk werd verdeeld in twee fasen:
Het onderzoek in fase I is gebaseerd op een gestructureerd literatuuronderzoek en een haalbaarheidsbeoordeling van innovatieve methodologieën. Het literatuuronderzoek is uitgebreid en behandelt: bodemdaling (natuurlijk en antropogeen), geïnduceerde seismische activiteit, methaanlekkage, cumulatieve en interactieve effecten, monitoringtechnieken en modelleringsbenaderingen. De studie past duidelijk gedefinieerde classificatieschema's toe (bijv. ondiepe versus diepe bodemdaling), integreert empirische gegevens (bijv. NAP-hoogtebenchmarks) en bespreekt verschillende modelleringsbenaderingen (poro-elastisch, geotechnisch, semi-analytisch, enz.). In de haalbaarheidsstudie wordt de nieuwe DELTA-methode geïntroduceerd, die gebruikmaakt van ruwe NAP-gegevens voor bodemdalinganalyse met verbeterde precisie. Deze innovatie versterkt de methodologische kwaliteit en vormt een veelbelovende basis voor fase II.
PROJECT RAPPORT FASE I
De bevindingen van fase I bieden een systematische synthese van: de omvang en oorzaken van bodemdaling en seismische activiteit op verschillende dieptes en met verschillende oorzaken, het belang van de integriteit van putten en breukstructuren voor methaanlekkage, de mechanismen en ruimtelijke omvang van interactiezones tussen mijnbouwactiviteiten. De resultaten zijn goed gestructureerd, uitgebreid gedocumenteerd en geplaatst in de context van nationaal onderzoek (bijv. DeepNL en eerdere KEM-projecten). Het rapport integreert wetenschappelijke inzichten met de zorgen van belanghebbenden, met name met betrekking tot de regio Grijpskerk.
Het methodologische kader van fase II is een systeemgerichte integratie van monitoring-, modellerings- en interpretatie-instrumenten die gericht zijn op het beoordelen van cumulatieve effecten in het gebied Grijpskerk. De volgende studies zijn uitgevoerd:
- Geodetische analyse: hoge-resolutie-evaluatie van bodemdaling en oppervlaktevervorming met behulp van ruwe NAP-gegevens en de in fase I ontwikkelde DELTA-methode.
- Modellering van reservoirverdichting: modellering van door gaswinning veroorzaakte vervorming en bodemdaling werd uitgevoerd met behulp van een eenvoudig lineair-elastisch verdichtingsmodel. De resultaten werden vergeleken met veldgegevens.
- Beoordeling van seismische activiteit: probabilistische en deterministische evaluatie van geïnduceerde aardbevingen in relatie tot gasveldactiviteiten, rekening houdend met magnitudedrempels en bronmechanismen.
- Identificatie van lekkagepaden: conceptuele beoordeling van drukverplaatsing en putintegriteit, aangevuld met breuk- en boorgatgegevens.
- Kartering van interactiezones: de interacties tussen de Grijpskerk UGS, nabijgelegen velden (bijv. Pieterzijl en Kommerzijl) en het Groningen-gasveld worden geëvalueerd door hun respectieve druk, bodemdaling en seismische activiteit te vergelijken.
- In kaart brengen van interactiezones: de interacties tussen de Grijpskerk UGS, nabijgelegen velden (bijv. Pieterzijl en Kommerzijl) en het gasveld van Groningen worden geëvalueerd door hun respectieve druk-, bodemdaling- en spanningsvoetafdrukken te vergelijken en door overlappings- en invloedszones in kaart te brengen. Innovatief gebruik van laterale en verticale afstandsbuffers om mogelijke koppeling tussen ondergrondse activiteiten af te leiden.
PROJECT RAPPORT FASE II
De gepresenteerde wetenschappelijke bevindingen zijn goed gestructureerd en omvatten:
- Kwantificering van verdichting en diepe bodemdaling in het Grijpskerkgebied door meerdere gasvelden, met ruimtelijke voetafdrukken van bodemdaling gemodelleerd in de tijd.
- Kwantificering van verdichting en diepe bodemdaling door Grijpskerk UGS en de invloedssfeer daarvan.
- Kwantificering van de snelheid van ondiepe bodemdaling, ook op basis van InSAR-gegevens.
- In kaart brengen van de kans op geïnduceerde seismische activiteit en evaluatie van bestaande gegevens over aardbevingen en trillingen.
- Interpretatie van onzekerheden met betrekking tot invoerparameters (bijv. InSAR-waarnemingen, kaarten van de ondiepe ondergrond, verdichtingscoëfficiënten, randvoorwaarden, transmissiviteit van breuken), modelleringsresultaten en waterbeheerpraktijken.
Aanbevelingen voor risicobeperkende maatregelen en monitoringstrategieën, afgestemd op de verschillende belangen van belanghebbenden (bijv. schade aan gebouwen, verzilting van grondwater, publieke perceptie).