Dit project richt zich op het beoordelen van de maximale aardbevingsmagnitude (Mmax) die kan worden veroorzaakt door gaswinning uit kleine gasvelden in Nederland.
Er zullen numerieke (op fysica gebaseerde) modellen worden ontwikkeld voor de momenteel 12 producerende onshore gasvelden die verband houden of verband kunnen houden met geïnduceerde seismische activiteit, rekening houdend met de onzekerheid over de locatie van aardbevingen (d.w.z. actieve velden van klasse A en B volgens de definitie van KEM-07). Elk model zal worden gekalibreerd aan de hand van de productiegeschiedenis en de waargenomen seismische activiteit (gegevens beschikbaar via nlog.nl). Er zullen scenario-simulaties worden uitgevoerd, waarbij aardbevingen worden gekoppeld aan verschillende breuken binnen hun locatie-onzekerheden, om rekening te houden met de (grote) onzekerheden van de locatie van aardbevingen.
Voor elk scenario zal de ontwikkeling van aardbevingen tijdens toekomstige productie worden gesimuleerd, wat Mmax-schattingen oplevert voor de meest waarschijnlijke en uiterste scenario's. Deze schattingen zullen worden vergeleken met de huidige benadering voor het schatten van Mmax op basis van het beschikbare breukgebied.
Dit project richt zich op de volgende onderzoeksvragen:
1. Wat is de maximale magnitude voor de producerende kleine gasvelden, rekening houdend met de productiegeschiedenis, de geometrie van het reservoir, de geometrie van de breuk, de materiaalparameters, de lokale geologische en spanningsomstandigheden en de onzekerheden in verband met aardbevingswaarnemingen?
a. Welke breuken binnen de kleine velden worden geïdentificeerd als seismogeen en waarom?
b. Wat is de maximale magnitude voor de respectieve breuken binnen de velden?
2. Hoe verhoudt Mmax zich tot de waarde die is afgeleid van het maximaal beschikbare breukoppervlak?
3. Kunnen de bevindingen worden gegeneraliseerd? Kan een op spanning gebaseerd criterium worden geformuleerd dat van toepassing is op alle velden (de hier beschouwde velden en mogelijk andere velden in Nederland)?
a. Wat zijn de belangrijkste parameters die de verticale uitbreiding van de verschuiving beïnvloeden?
b. Wat is de maximale verticale uitbreiding van de breukverschuiving bij variatie van deze parameters en rekening houdend met modelonzekerheden (gevoeligheidsstudie)?
Ten slotte zullen aanbevelingen worden gedaan voor een algemene aanpak voor het beoordelen van Mmax voor willekeurige gasvelden in Nederland, op basis van numerieke overwegingen van achtergrondspanningen, slipuitbreiding en variabiliteit van deze laatste binnen de simulaties.
Het onderzoek is toegekend aan TNO en is in 2025 van start gegaan.